Barbados: shake that body baby
Ik ging naar Barbados voor het Food & Rum–festival. Niet echt een moment om op een onsje meer te letten. Dat doen de Bajans niet dus ik pas me lekker aan. Dat aanpassen gaat overigens mis zodra de muziek aangaat. Shake that body baby… maar ja, zij hebben ritmegevoel. Afijn, dat is van later zorg. Eerst wat meer bezienswaardigheden van het eiland zien.
Ik heb een eilandtour geboekt bij gids Willie Greenidge. Vanuit het Hilton hotel in het zuidwesten van het eiland maken we eerst een rondje door de hoofdstad Bridgetown met vele herinneringen aan de koloniale periode. Willie wijst me de St. Michaels Kathedraal en de Parlementsgebouwen met een klokkentoren in neo-Gotische stijl bij het Nationale Heldenplein. Door naar de paardenracebaan op de plek waar vroeger militairen paradeerden. Rode stenen gebouwen naast de baan worden Balance Bricks genoemd omdat ze gemaakt zijn van de stenen die de schepen uit Engeland naar Barbados meenamen om het schip in balans te houden. Op de terugweg namen ze suikerriet van Barbados mee. Trots zijn de Bajans ook op het George Washington house waar de gelijknamige Amerikaanse president verbleef.
Een ‘nee’ tegen McDonalds
Wat opvalt, is het geringe aantal internationale fastfoodrestaurants. McDonalds redde het niet op het eiland, Bajans eten relatief weinig vlees. Kip eten ze wel, dus KFC floreert. Maar de meeste Bajans prefereren Bajan-eten. Daarvoor gaan ze onder meer naar St. Lawrence Gap of kortweg The Gap, een aaneenschakeling van hotels, restaurantjes en bars. Een aanrader is restaurant Sweet Potato met locale gerechten als bol jol, een spread van kabeljauw die je op brood smeert. Iets verderop ligt Oistins, het beroemdste vissersdorp van het eiland met een dagelijkse vismarkt en de beste visrestaurants. Vooral de vrijdagavond is het er afgeladen vol want dan staan er overal kraampjes die vis bereid volgens traditionele recepten verkopen. Natuurlijk is er tijdens deze fish fry muziek en wordt er op straat gedanst.
Suikerriet en rum
Toerend over het eiland passeren we enkele van de 50 tot 60 suikerrietplantages, ooit aangelegd voor de suiker, rum was een bijproduct. Tegenwoordig wordt de suikerriet vrijwel exclusief voor de productie van rum en melasse gebruikt. Bezienswaardigheden zijn er ook. We stoppen even bij Codrington College, het theologiecollege. De vader van de oprichter was een slavendrijver, de zoon wilde iets goeds doen voor de gemeenschap en startte deze priesteropleiding. Bij Bathsheba is het surfersstrand met de beroemde soupbowl tussen de rotsen waar geregeld surfkampioenschappen gehouden worden. Vlakbij is Tent Bay met een vismarktje en enkele huisjes. Daar vind je nog launches, kleine houten vissersboten.
Een van de leukste stadjes van Barbados is Holetown, de eerste vestigingsplaats van de Britten in 1675. Er is tegenwoordig een luxe shoppingmall, Limegrove Lifestyle centre, maar het stadje is vooral bekend vanwege de goede restaurants en een leuke rumbars. Op vrijdag is het feest, dan speelt er een dj op straat en staat iedereen buiten in Second Street.
Eten als lifestyle
Na een paar dagen op Barbados is het duidelijk. Eten is hier een lifestyle, ook als er geen foodfestival is. Beroemd is Lobster Alive in Bay Street, Bridgetown met een terras op het strand. Binnen staan enkele tafeltjes maar de meeste ruimte wordt ingenomen door een tank ter grootte van een klein zwembad waarin de langoesten zwemmen die met een privéjet ingevlogen worden vanaf de Grenadine eilanden. Je kunt kiezen, een kleine (die al fors van formaat is) medium of groot waarna de kreeftenman in de tank springt om het gewenste dier uit het water te vissen. Als je net als ik geen voorstander bent van levend gekookte dieren dan kun je gelukkig ook iets anders kiezen. Zondagmiddag is het beste moment van de week om hier een tafel voor de lunch te reserveren. Onder een parasol op het terras aan het strand, voeten in het zand, het geruis van de branding, een frisse bries en de klanken van de live jazzband op de achtergrond. Geen wonder dat rond een uur of vier het terras nog afgeladen is. Dit is het echte strandvakantie gevoel.
Vissandwich van Cuzz
Maar het kan ook heel eenvoudig met een vissandwich van Cuzz. In een soort stacaravan bij Carlisle Bay bakt een dame op leeftijd de hele dag vis in twee koekenpannen. Voor het houten huisje staan steevast klanten want de broodjes die je hier koopt zijn verslavend, iedereen komt terug. Bestel een cutter, een sandwich gemaakt van gezouten brood, met vis, kaas sla en tomaat en besprenkel het geheel naar smaak met de pittige sauzen.
En dan is het feest
Een eiland bezoeken zonder een boottochtje is bijna onmogelijk. En dus boek ik een dagje op zee met een catamaran. Niet voor de rust blijkt, want dankzij de dj verandert de boot al snel in een drijvende disco. Aan boord blijken vooral veel Bajans die nu in Amerika wonen. Ondanks de nieuwe woonplaats zit het ritme duidelijk nog wel in het bloed. Ongeacht leeftijd of omvang praten, lopen, drinken en eten de meesten zelfs terwijl ze dansen op de muziek. Enkel als de catamaran even voor anker gaat en we al snorkelend proberen schildpadden te spotten (wat helaas niet lukt) gaat de muziek even uit.
Stilte en een sunset
Een enerverende dag. En dan is het wel erg lekker om tegen zonsondergang op het rustige strand van Drill Hall naast het Hilton hotel in alle stilte te genieten van de prachtige omgeving. Daar loop ik Nick tegen het lijf, een typische Bajan met rastahaar, gebruind lijf, brede glimlach. Hij biedt gul een glas rum aan. Nick blijkt coach van het nationale surfteam van Barbados en als ik wil kan ik natuurlijk een surfles krijgen. Nick en broer Andre runnen ook restaurant Brown Sugar, op loopafstand van het hotel. Ooit begonnen door hun vader en voortgezet door de zoons. Hij biedt aan een tafeltje voor me vrij te houden vanavond. Voor nog eenmaal een diner met onvervalst Bajan food.
Een van de lekkerste festivals van Barbados is het Rum & Food festival. Daarover lees je hier alle ins en outs.