South Dakota (USA), met cowboys de prairie op
Na het zien van Kevin Costners film Dances with Wolves wist ik dat ik ooit naar South Dakota in de Verenigde Staten moest. Het land van Indianen, bizons en imponerende natuur. De jaarlijkse buffalo roundup in Custer State Park biedt een prachtige kans.
Wow, eindelijk oog in oog met een bizon! Doordringend kijkt het dier mij aan, me geen moment uit het donkerbruine oog verliezend. Imponerend groot is ‘ie, deze mannetjes bizon. En hij mag er dan aaibaar uitzien met zijn fluffy bontje, hij is levensgevaarlijk, zo waarschuwt de parkranger. Jaarlijks vallen er doden en gewonden – onder de mensen, niet de bizons – doordat mensen niet voldoende afstand houden. Iets verderop stoten twee rivaliserende dieren met kun koppen tegen elkaar. Een dof gebonk klinkt over de prairie. Het is duidelijk, houd afstand, want dit gaat er niet zachtzinnig aan toe.
Op safari tussen de bizons
Ik ben in South Dakota, in Custer State Park om precies te zijn. Dit is het land zoals te zien is in Kevin Costners film Dances with Wolves. Eeuwenlang was deze plek het domein van Indianen die de bergen en prairies deelden met onder meer de bizons. Hoe indrukwekkend moet het geweest zijn toen een kleine 200 jaar geleden naar schatting 60 miljoen bizons graasden in Noord-Amerika. Maar de wereld veranderde. Pelsjagers kwamen, aanvankelijk voor bevers maar later werden ook bizons gevangen voor hun vacht. De goldrush kwam op gang, er werden spoorlijnen aangelegd en de grote groepen werklui moesten iets eten. Bizonvlees lag voor de hand. Een van de beroemdste bizonjagers was Buffalo Bill (bijnaam van William Cody). Hij ving de dieren voor hun vlees, maar hij was tegen jagen voor huiden en pleitte voor een jachtseizoen. Het mocht niet baten. Voor iemand door had wat er gebeurde, was de kudde bizons geslonken tot een luttele 1000 en dreigde het prachtige dier uit te sterven. Net op tijd werd er een programma opgezet om de koning van de prairie te redden en nu zijn er ongeveer 450.000 te bewonderen. Een kudde van tussen de 1300 en 1500 verblijft in de heuvels van de Black Hills in Custer State Park. Ieder jaar wordt daar de buffalo-roundup georganiseerd. Enkele tientallen jaren geleden nog een gewone werkdag voor de cowboys, nu een happening waar duizenden mensen op af komen. Maar zover is het nog niet.
Oog in oog met een bizon
In het weekend vóór de roundup heerst er een prettige spanning in Custer State Park, een soort schoolreisjes gevoel. Ik heb een ruime kamer in Game State Lodge, een prachtig oud gebouw dat ooit diende als het zomerse ‘Witte Huis’ voor president Calvin Coolidge en ook president Eisenhower verbleef er enkele dagen. Er kunnen allerlei excursies geboekt worden, variërend van paardrijden, vissen en kanoën tot een jeepsafari voor een ontmoeting met de bizons. Voor dat laatste kwam ik natuurlijk. En dus sta ik ’s morgens vroeg opeens oog in oog met zo’n prachtig dier. Behalve enkele close encounters met de bizons zien we ook wilde ezels en antilopen. En dat allemaal in het prachtige decor van de Black Hills die in de ochtendzon een gouden gloed krijgen.
D-day voor de buffalo roundup
En dan is het maandag. De wekker gaat vroeg. Een file van duizenden auto’s is op weg naar een van de twee uitzichtpunten vanwaar het publiek de roundup kan volgen. Genodigden van de gouverneur hebben geluk, zij loten mee voor een plekje in een van de pick-ups die de cowboys van dichtbij volgen. En ik ben een van die gelukkigen!
De kruidige geur van salie stijgt op van het land als de pick-ups over de rotsige velden en heuvels richting kudde denderen. Goed vasthouden aan de stangen, is het advies voor diegenen die in de laadbak staan. We stuiteren desondanks door de ruimte. Dat worden blauwe plekken. Maar het ongemak is snel vergeten als de bizons in zicht komen. Op de prairies van de Black Hills staan dit jaar zo’n 1300 dieren te grazen, de ruggen van de ruim 1000 kilo wegende stieren zijn zelfs van afstand indrukwekkend.
De zwepen knallen
Cowboys en -girls nemen strategisch posities in en laten de zwepen knallen. Jippie yahoo weerkaatst het tussen de heuvels. Drie groepen van elk twintig cowboys en –girls moeten de dieren vandaag naar de corrals leiden. Een erebaantje waarvoor ieder jaar vele aanmeldingen zijn. Een van de groepen rijdt op de kudde bizons af die nog nietsvermoedend staat te grazen. Dan zet de massa zich in beweging. Sneller en sneller gaat het. Bizons kunnen bijna 65 kilometer per uur rennen, weet onze chauffeur. Vakkundig verspreiden de cowboys en –girls zich, de kudde in de juiste richting leidend. En dat blijkt een kunst apart.
Een stofwolk aan de horizon
Een stofwolk verschijnt aan de horizon en wordt groter en groter. Dan zien we plotseling enkele koppen van dieren recht op ons afkomen. Cowboys snellen naar voren en buigen de groep af. Dan is er rust. De mannen en vrouwen op hun paarden hergroeperen, bizons grazen alsof ze zojuist niet de poten uit het lijf gelopen hebben. Een cowboy is door zijn iets te enthousiaste paard van de rug gegooid en hij profiteert van dit moment om weer in het zadel te klimmen. Niet alleen mensen maar ook de paarden krijgen blijkbaar een adrenaline-kick van deze roundup. Als iedereen weer in positie is, gaat het opjagen van de bizons door. Ze gaan door hekken, over heuvels, ze wijken af van het gewenste pad en worden weer in goede banen geleid. Wat gaat dat snel. Te snel. Na ongeveer een uur zijn alle bizons naar de corrals gedreven.
“Het was een soepele roundup dit jaar”, beaamt buffalo herd manager Chad Kremer. “Dat is ook wel eens anders. Een roundup kan zomaar twee keer zolang duren omdat de dieren koppig zijn en zich soms zelfs tegen de cowboys en hun paarden keren.”
Indrukwekkende herinneringen
Vanwege de veiligheid worden mannetjes van tweeënhalf en ouder met rust gelaten, ze zijn te sterk en hebben teveel een eigen willetje. De overige dieren mogen trouwens op een groot omheind veld bijkomen van de gebeurtenissen. Pas over enkele dagen worden ze naar de hokken geleid waar ze worden ingeënt, gecontroleerd op zwangerschap en eventueel gebrandmerkt. Dan wordt ook bepaald welke dieren verkocht gaan worden opdat de kudde niet te groot wordt. Vroeger gebeurde dat dezelfde dag maar dat leidde tot teveel stress bij de bizons. Blij toe eigenlijk, het is mooier om de dag te eindigen met de herinnering aan een enorme kudde rennend over de prairies.
MEER FESTIVALS