Een rondreis Thailand en Laos, dat betekent onder meer reizen door weelderige, groene bergen met verschillende bergvolken. Het klimaat is wat koeler en er zijn honderden tempels waaronder de oudste van het land die nog gebruikt worden. Nog een pluspunt: er zijn minder toeristen. Redenen te over om in Bangkok de trein naar het noorden van Thailand te nemen. En dan per schip door te reizen naar Laos via de Mekong rivier.
In Chiang Mai gaat het leven aangenaam traag, zeker in het ooit ommuurde deel van deze hoofdstad van het oude Lanna koninkrijk. Daar slenteren monniken in oranje gewaden door de straten en genieten toeristen op terrasjes van een vers sapje. De stad barst van de historie. De oudste tempel, Wat Chiang Man, bestond ruim 700 jaar geleden al en Wat Phra Sing is slechts iets jonger. Tussen de tempels in de hoofdstraat Ratchadamnoen leggen winkeltjes, cafés en restaurantjes een link met de 21ste eeuw.
Rondreis Thailand: Chiang Mai
Lopend door de oostelijke Tha Phae poort richting de Nawarat brug ontdek je meer bijzondere boetiekjes en tempels. Net voor de brug naar links begint, zodra de zon verdwenen is, de avondmarkt. Travestieten met langgewimperde ogen verleiden bezoekers shows te bezoeken, visjes in een aquarium knabbelen aan de voeten van enkele toeristen. Het schijnt goed tegen eelt te zijn. Restaurant Just Khao Soy serveert de lokale specialiteit, inderdaad Khao Soy. Een royale kom noedels naar wens vegetarisch, met kip of varkensvlees waaraan je zelf een aantal ingrediënten toevoegt zoals vissaus, chili, suiker, ui, kokosmelk en banaan.
Tempel Wat Pra That Doi Suthep
Vlakbij de stad waar niets moet is toch een must see, Wat Pra That Doi Suthep, een tempel 16 kilometer buiten Chiang Mai op de berg Doi Suthep. De stoepa in Lanna-stijl met daaromheen vijf goudkleurige parasols oefent een onweerstaanbare aantrekkingskracht uit op Boeddhisten van over de hele wereld. Zij lopen hier blootsvoets met een lotusbloem in de hand rondom het heilige bouwwerk. In kleine tempeltjes ernaast zitten monniken die gelovigen besprenkelen met water. Iedereen krijgt een wit katoenen armbandje voor al het geluk dat je je maar kunt wensen.
Rust bij Lisu Lodge
De drukte van Doi Suthep tempel is verder weg dan ooit zodra ik na goed een uur rijden in Lisu Lodge kom, genoemd naar een van de traditionele bergvolkeren in het noorden van Thailand. In een groene oase staan vier houten lodges in Lisu-stijl met elk zes slaapkamers grenzend aan een loungeruimte. Hier logeren betekent automatisch bijdragen aan een beter leven voor de Lisu. Zij werken in de lodge en ook bij de excursies zijn de locals betrokken.
Fietsen in Thailand
Ik kies voor een fietstocht van ruim 10 kilometer door het heuvelachtige landschap, langs akkers met werkende mensen en minitempeltjes in de berm. De rit eindigt bij het Mae Tang Olifantenkamp. Een ritje op een olifant maken doe ik natuurlijk niet. Maar je kunt hier ook met uitzicht op de Mae Tang rivier genieten van een smaakvolle lunch van gekruide tofu in groente, rijst met een pittige saus en een banaantje toe.
Raften op de Mae Tang-rivier
Een andere activiteit die aangeboden wordt, is een rafttocht over de Mae Tang Rivier. Dat is dan wel weer leuk! Neem droge kleding mee want iedereen is bij aankomst doorweekt, daarover zijn de gidsen het eens. Geregeld klinken lachsalvo’s als het bootje even speelbal wordt van het wilde water. Tussen de white water delen door is er tijd om van het weelderige landschap te genieten.
Kippenbotjes en de toekomst
Toegangshekken met houten afbeeldingen van een man en een vrouw die de kwade geesten uit het dorp weren kondigen een Akha dorp aan, een van de andere stammen van Noord-Thailand. Raak je de beelden aan, dan roep je ongeluk af over het dorp en moet je een kip of een fles whisky aan de sjamaan doneren. Moet er een belangrijke beslissing genomen worden, dan gaan dorpsbewoners bij de sjamaan te rade. Dat geldt niet alleen voor de Akha maar ook voor de Lisu. Sjamaan Alapa Sin-me die de scepter zwaait in het dorp bij Lisu Lodge ontvangt me gastvrij in zijn huis. Bij een kopje thee geserveerd in een bamboe bekertje legt hij uit hoe hij met behulp van kippenbotjes en stokjes voorspelt of het verstandig is om bijvoorbeeld een huis te bouwen, te gaan trouwen of een andere belangrijke beslissing te nemen.
De Langnek-Karen van Thailand
Er wonen meer minderheden in het noorden van Thailand. In een idyllisch bergdorpje met bamboehuizen op palen wast een meisje wast borden af onder een kraantje, vrouwen zitten achter hun weefgetouw. Dit is het domein van de Langnek-Karen of Padaung, een van de bergvolkeren in het noorden van Thailand. Padaung meisjes krijgen van kleins af aan steeds een extra ring om hun nek waardoor schouders en wervels naar beneden gedrukt worden en hun nek lang lijkt. De reden? Het zou de vrouwen beschermen tegen aanvallen van tijgers als hun mannen van huis waren om te werken.
Het dilemma van reizigers
De ringen om de nekken zijn een vorm van verminking vinden velen en daarom zou een bezoek aan Langnek-Karendorpen niet gepromoot moeten worden. Anderen wijzen erop dat de Padaung vaak geen legale status hebben (na hun vlucht uit Myanmar) en geen grond bezitten en dus voor inkomsten afhankelijk zijn van toeristen die betalen voor een bezoek. De families zijn in elk geval geholpen als je een van de prachtig geweven kleden koopt.
Het Karen-dorp niet ver van Lisu lodge is speciaal opgericht om toeristen kennis te laten maken met de langnek-bevolking. Het dorp is een belangrijke bron van inkomsten voor de families die er werken.
Magische Gouden Driehoek
Het punt waar Thailand, Myanmar en Laos aan elkaar grenzen was ooit het paradijs voor opiumhandelaren die slechts in goud betaald wilden worden, vandaar de naam Gouden Driehoek. De weg naar dit magische stukje land gaat via bergdorpjes met marktjes zoals Mae Malai. Tomaatjes en mango’s liggen gebroederlijk naast gebakken krekels en varkenskoppen. In Hevy Loek wonen de Hmong die oorspronkelijk uit Mongolië komen. Een oude dame zit voor haar huis een kleed te borduren, verderop zit een moeder met haar tien dagen oude baby te rusten. Vertederd bewondert ze haar pasgeborene, de trotse vader kijkt vanuit de deuropening toe.
Tempel in Disneystijl
Enigszins detonerend is Wat Thaton, een tempel in Disneystijl met twee enorme draken gelegen op een bergtop met geweldig uitzicht. In het Akhadorp Law Yo heerst weer rust en bieden vrouwen opiumhoudertjes aan kettingen aan. Tot halverwege de vorige eeuw zagen de berghellingen rood en wit van de bloeiende opiumplanten. Het verbouwen van dit verslavende goedje is nu verboden maar voor eigen gebruik zijn er in de bergen nog wel veldjes te vinden. Via de theeplantages rond Doi Mae Salong bereik ik het stijlvolle Anantara resort in Chiang Saen met kamers formaatje balzaal. Als ’s morgens net na zes uur de zon opkomt, hangt er een dikke laag mist boven de rivier die de plek nog mystieker maakt.
Varen op de Mekong rivier
De wekker gaat voor dag en dauw. Het kon vandaag niet anders want ik vertrek voor een tweedaagse cruise over de Mekong. Eerst een ritje van een uur naar Chiang Kong en dan in vijf minuutjes met de mini-ferry naar Laos. Een oase van rust beloven reisgidsen maar daar is in Huai Say nog niets van te merken. Hier moet iedereen een visum halen en dat gaat heerlijk chaotisch.
Luieren op de Mekong
De Mekong vormt aanvankelijk de grens tussen rechts Thailand en links Laos, dan buigt de rivier en is er Laos aan beide zijden. Bamboehutten op palen liggen verscholen tussen de bomen op de berghellingen, langs de oevers liggen smalle, lange vissersboten, kinderen poedelen en vrouwen doen de was in het karamelkleurige water. Er zijn goudzoekers die met hun grote zwarte schalen uur na uur het zand van de bodem filteren op zoek naar schilfertjes edelmetaal. De rivier is ook leverancier van heel ander ‘goud’, de gigantische Pla Buek, de Mekong katvis. Het dier kan 3 meter lang worden en weegt dan zo’n 200 kilo. Met een kostprijs van 10 dollar per kilo een waar goudmijntje voor de gelukkige visser.
Wonen langs de rivier
Aandachtig laveert de schipper tussen de vele rotsen door, rekening houdend met de soms sterke stroming. Zodra het schip bij een rivierdorpje aanlegt, volgt vrijwel altijd hetzelfde tafereeltje ook al hebben de dorpen andere namen en behoren de mensen tot verschillende bevolkingsgroepen. Kinderen vormen een ontvangstcomité op het strand, ploegend door het hete zand bereik je het iets hoger gelegen dorp. Daar klit de bevolking bij elkaar op het plein, meisjes en vrouwen hebben strategische plekken gevonden voor hun koopwaar, vaak handgeweven doeken en fleurige armbandjes en kettingen.
Lodges aan de Mekong
Net voor zonsondergang legt het schip aan bij Luang Say Lodges; traditionele Laotiaanse villa’s met uitzicht over de rivier. Luang Say Lodges is een sociaal project. De opening ervan betekende werk voor 37 locals die drie tot vier keer meer verdienen dan gangbaar is in de dorpen. Bovendien krijgen ze Engelse les en er is een dansproject waar onder meer Khamu en Hmong aan meedoen die hun traditionele dansen leren en voorstellingen geven voor de gasten.
Mekong-dorpjes verkennen
‘s Morgens is de Mekong alweer verdwenen onder een traag bewegende, grijze laag mist. Dat extra jasje is de eerste uren op de boot geen overbodige luxe. Eerste stop is multiculti dorp Ban Baw waar Lao en Khamu vreedzaam naast elkaar leven. Voor de tempel leest een monnik onverstoorbaar hardop uit een dik boek. De tempel op het centrale plein behoort toe aan de boeddhistische Lao, de Khamu zijn animisten. Op de muur van het heilige huis zijn in schilderingen de straffen weergegeven die monniken vroeger kregen als ze zich niet aan de regels hielden.
Shoppen in Ban Baw
In de ‘winkelstraat’ van Ban Baw draait het om geweven doeken en shawls. Vrouwen zitten achter weefgetouwen en de onverharde weg is een kleurenpalet van honderden doeken waaruit het moeilijk kiezen is. Tegenover de ‘supermarkt’ staat de locale whiskystokerij. Het venijnige vocht druppelt langzaam in een grote ton en gaat vandaar de flessen in. De laatste stop voor Luang Prabang zijn de Tham Ting Boeddhagrotten. De oude zilveren en gouden Boeddha’s zijn helaas verdwenen, er staan nu enkel houten en in de bovenste grot een enorme spiksplinternieuwe goudkleurige Boeddha. Je moet van trappenlopen houden om de bovenste grot te gaan zien, ik vind de onderste indrukwekkender.
Laos met Franse flair
Terwijl de zon op spectaculaire wijze ondergaat, bereikt het schip de oude hoofdstad Luang Prabang met de bijzondere Franse koloniale gebouwen. Nog voor het definitief donker is, duik ik Wat Xieng Thong in, de beroemdste tempel van de stad waar net een groepje novicen aan het chanten is. Het prachtige geluid waaiert uit over het plein. In Luang Prabang zijn ongeveer 400 monniken en ruim 1000 novicen (herkenbaar aan de blote schouder en de band om hun middel). Zij moeten zich aan regels houden, zoals niet op een hoog bed slapen, niet meer eten na de lunch, geen parfum dragen, niet zingen en dansen. Officieel mogen ze ook geen geld hebben maar dat bleek anno 2012 een onhoudbare regel. Hoe betaal je anders de tuktuk en je mobiele telefoon?
Luang Prabang en UNESCO
Het lukt UNESCO-stad Luang Prabang de 21ste eeuw op een elegante manier binnen te halen met kleinschalige boutique hotels en winkels met kwalitatief mooie souvenirs. Van 17 uur tot 22.30 uur domineert een enorme openlucht avondmarkt het centrum. Goed eten kost niet meer dan een euro. Op straat staan buffetwagens met keuze uit plusminus tien gerechten, je schept je bord vol en schuift aan aan de lange picknicktafels die in een rustige zijstraat staan. Laos is zoals Thailand 25 jaar geleden was, merkte een vriend op toen ik hem vertelde dat ik naar Laos ging. Hij heeft gelijk!
Rondreis Thailand en Laos
Vanaf Luang Prabang kun je natuurlijk verder reizen door Laos en aansluitend nog even relaxen op een betoverend strandje in Thailand. En vergeet ook Bangkok niet met de meest mooie tempels en heerlijke restaurantjes en street food. Deze rondreis Thailand en Laos is uit te breiden met allerlei bouwstenen zodat je echt een reis op maat krijgt.