Syros is een vergeten eiland als het om island hoppen in Griekenland gaat. En dat is zó zonde. Hier mijn zoektocht naar leuke plekken op dit Cycladen eiland. De meeste stadjes en dorpjes liggen aan de kust bij prachtige baaien en stranden.
Dat is goed wakker worden, in mijn studio in Galissas, aan de westkust van Syros. Ik ben ingecheckt bij hotel Ventoura. Een klopje op de deur verraadt dat mijn ontbijt eraan komt. Mooi gepresenteerd op een dienblad. Zo wil ik iedere ochtend wel wakker worden. Vanaf mijn balkon zie ik de bergen. Heerlijk even rustig ontwaken met zo’n uitzicht. Bij het inchecken vertelde eigenaar Ioannis dat ik ook gebruik kan maken van de sauna en de jacuzzi in de tuin. Een goed vooruitzicht voor het eind van de dag. Maar eerst op pad. De bushalte ligt op een minuut of vijf lopen van mijn hotel. Dus ook wat dat betreft is de locatie van hotel Ventoura perfect.
Met de bus Syros verkennen
Ceci n’est pas une bushokje. Of toch wel? Er hangt in elk geval een timetable voor de bus op de boom. Best een ingewikkelde. Een beetje á la de stelling van Pythagoras, maar dan met een moeilijkheidsgraad in het kwadraat. Grieken goochelen blijkbaar nog steeds graag met cijfertjes. Geen idee welke filosofie dáár achter schuil gaat. Een bus met ambities trouwens, in onoverzichtelijke bochten klinkt de claxon als een cruiseschip dat de haven verlaat. Overigens respect voor de chauffeur die het gevaarte op de millimeter nauwkeurig (meestal) door de vele haarspeldbochten manoeuvreert.
Ik ben weer op weg naar Ermoupoli (meer over de bezienswaardigheden in Ermoupoli in deze blog), maar ditmaal niet om de hoofdstad zelf te bezoeken. Ik loop nu helemaal naar boven, naar Ano Syros. Een ontelbare hoeveelheid trappen en treden. Er gaat trouwens ook een bus naar boven, ontdek ik later.
Stiltestad Ano Syros
Ano Syros is een stadje zoals je dat van andere Cycladen eilanden kent. Met witte kubushuizen langs smalle, rijkelijk met bougainville bestrooide straten en steegjes. De stad wordt afgetopt met een katholieke kathedraal. Hier slenter je door 700 jaar historie. De straatjes deel je met talloze katten, al dan niet aanhalig en knuffelig. Bij toeval stuit ik bij het beklimmen van de trappen op een van de tofste tavernas van Ano Syros, Fragosyriani. Het café is vernoemd naar een lied van Markos Vamvakaris, de beroemdste musicus van het eiland. Het weemoedige liefdeslied gaat over een katholiek meisje van Syros. Het pleintje waarop het terras zich bevindt, draagt ook de naam van Vamvakaris.
Terras met uitzicht
Het museum over het leven van de rebetiko (soort Griekse blues) musicus vind je enkele meters hoger op de heuvel. Maar eerst het café. Café Fragosyriani is dé plek voor een Griekse koffie compleet met een dikke laag drap in het kopje. Een kat vleit zich behaaglijk tegen me aan, alsof er op de rest van het vrijwel lege terras geen plek is voor haar.
Slingerend, dwalend en verdwalend beklim ik meer en meer trappen. Doel is de Agios Georgios of Saint George kerk/kathedraal helemaal op de top van Ano Syros. Ik passeer weer vele katten en een enkele toerist en kom dan in een lege kerk uit. Heerlijk die rust hier. Sowieso is heel Ano Syros een stiltestad. Zo anders dan het levendige Ermoupoli.
De kust verkennen: Vari
Voor de lunch heb ik Vari uitgekozen, een kustplaatsje ten zuiden van Ermoupoli. Bushalte Gianaki is slechts enkele stappen verwijderd van het strand. Helemaal aan het eind van de baai zie ik hotel Kamelo en restaurant Bolas met een terras aan het strand. Er staan gelukkig voldoende vegetarische gerechten op het menu. Ik ga voor de skordalia dip. Wow, die eet je nergens zo goed als hier. Heel simpel hoor, zegt de man die me bedient. Brood in water weken, uitknijpen in blender met olijfolie, knoflook, peper en zout en klaar. Kan best maar toch is de ene skordalia de andere niet. En deze is perfect! Dan volgt de Syros salade met lokale kaas en zeewier. Bomvol smaak en niet te zwaar. Bij de koffie krijg ik (natuurlijk) loukoumi, de eiland specialiteit. Als afsluiter krijg ik nog een tip voor een mooi fotopunt.
Fraai baaitje voor twee
Iedereen heeft het terras inmiddels verlaten. Zonaanbidders hebben hun loungestoelen onder de parasols weer ingenomen. De zon reflecteert op de kalme zee. Ik ga nog even op zoek naar het beschutte baaitje dat ik eerder vanuit de bus zag. En dat betekent bij de bushalte de heuvel op tot je een tweede, kleiner strand ziet. Voor je dat bereikt kun je met een trapje naar een tweepersoonsbaaitje. Een prachtige plek voor een momentje rust na de lunch. Schoenen uit, voeten in het heldere, kabbelende water. En dan even hélemaal niets meer moeten. Ik ga in de relaxstand. De bus naar Galissas vertrekt over drie kwartier. Tijd voor een na-de-lunch-dip. Lekker.
Syros cat plus Kini Cats Café
Het is een bekend beeld op veel Cycladen eilanden: overal zie je katten. Sommige mooi en gezond maar vele ook mager en ziek. De Engelse Jacky woont alweer een aantal jaren in Kini, een dorp aan de westkust van Syros. Zij trekt zich het lot van katten aan en heeft inmiddels zo’n 65 katten rond haar huis lopen die ze verzorgt. Als kattenliefhebber wilde ik natuurlijk op bezoek en zo sta ik op een ochtend in de tuin van Kini Cats Café. In een heerlijke tuin genieten de katten van de zon, de kittens hebben een eigen ruimte. Veel van hen worden uiteindelijk geadopteerd en krijgen een nieuwe baas ergens in Europa. Vrijwilligers van Syros Cats werken aan een Kini Cat Hotel waar een lekkere klim- en klauterruimte gaat komen. En er worden allerlei dingen gemaakt die je kunt kopen zoals sieraden, jam, chutney, zakjes met lavendel ui eigen tuin, stenen met kattenafbeeldingen en meer. De kattenoorbellen zijn fantastisch. Die neem ik mee. Kattenliefhebbers kunnen Jacky en de wollige viervoeters bezoeken in Kini. Maar je kunt ook vanuit Nederland al veel doen. Door bijvoorbeeld zo’n snoes op afstand te adopteren. Of enkele van de leuke cadeautjes te kopen.
Twee keer eten in Galissas
Zoals gezegd, ik logeer in Galissas bij hotel Ventoura. Dus in deze kustplaats lunch en diner ik ook veel.
Tip 1: restaurant A Ventoura
Na enkele dagen ben ik kind aan huis bij A Ventoura, inderdaad van de eigenaren van het Ventoura hotel. Het restaurant ligt aan het strand, de plek dus voor een romantisch diner tijdens zonsondergang. De moeder van de eigenaar staat hier van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat in de keuken en zijn zus bedient. Hier eet je originele Griekse gerechten. Ik bestel vaak de heerlijke auberginepuree met een duidelijke grilsmaak. Super. Daarbij een salade of gegrilde tomaat en paprika gevuld met rijst. Ieder dag zijn er specialiteiten dus laat je verassen.
Tip 2: restaurant Savvas
Een andere topper is restaurant Savvas, aan de gezelligste straat van Galissas, vlakbij het strand. Probeer hier de courgetteballetjes: zacht en smeuïg en gemaakt van de biologische groenten uit de tuin van eigenaar George. Niet omdat vader commercieel tuiniert maar omdat ie er lol in heeft. Ik proef dille en mint en de balletjes worden geserveerd met stevige lik frisse yoghurtdip. Hier zou ik iedere dag voor terugkomen. Savvas is ook al zo’n gezellige plek. Ik hoor veel Griekse geluiden om me heen, net als bij A Ventoura. Blijkbaar waarderen ook locals en Griekse toeristen deze restaurants in Galissas.
Galissas geheimtip: de grotkerk Agios Stefanos
Op elke nieuwe bestemming zijn ‘wat te doen’ tips altijd meer dan welkom. Ioannis, de eigenaar van mijn hotel, kent alle bezienswaardigheden en bijzondere plekken van het eiland. Een must visit is de Agios Stefanos, lopend te bereiken vanaf het hotel. ‘Maar als de wind gaat liggen , dan brengt mijn vader je er met de boot naartoe’, belooft hij gul. Helaas, de wind blijft stevig doorwaaien, dus ik ga lopen. Vlakbij de bushalte wordt het kerkje al aangegeven. Het is een wandeling van een kleine anderhalf uur. En terug. De wind biedt iets verkoeling maar het blijft een pittige wandeling. De verharde weg kronkelt steil omhoog. Onder het mom van ‘even een foto maken van het prachtige uitzicht’ gun ik mezelf zo nu en dan een rustmomentje. Gelukkig wordt de omgeving steeds mooier naarmate ik hoger kom. Google maps meldt na een minuut of 40 heel optimistisch dat ik ben gearriveerd.
Agios Stefanos: kapelletje bij zee
Maar op dat punt begint een nog steilere afdaling over onverharde geitenpaadjes richting zee. Goed aangegeven trouwens, verdwalen kan niet. Na ongeveer 75 minuten zie en hoor ik zeewater dat tegen de rotsen klotst. En even later komt ook het bescheiden kapelletje in beeld. Vooral de ‘klokkentoren’ maakt indruk. Een kerkje is gebouwd door een visser die uit de armen van een reuze octopus bevrijd werd. Hij dankte de heilige Stefanos door het bouwen van dit kapelletje in de rotsen. Ik rust even uit op een van de betonnen kerkbankjes voor ik de berg weer beklim. Op weg naar boven kom ik vier mensen tegen. Toch nog, ik dacht al dat ik de enige was die dit kapelletje wandelend bezocht. En geen betere douche dan die na tweeënhalf uur inspanning.
Mooiste zonsondergang
Mijn dagen op Syros eindigen vaak bij een ander kapelletje: Agios Pakou. Vanaf het strand van Galissas leidt een paadje de hoogte in naar het kleine kerkje op de heuvel. Een wandelingetje van een minuut of tien. Moet je op Santorini vechten om een plekje als je de zonsondergang wilt zien, hier zie je hooguit een man of tien die in alle rust genieten van het einde van de dag.
MEER SYROS
Ik schreef al een blog over de hoofdstad Ermoupoli, of Ermoupolis, of Hermoupolis. Een unieke stad met vele bezienswaardigheden als kerken, een theater en het stadhuis. Verder is het vooral lekker slenteren langs prachtige straten met chique huizen waar de elite van Griekenland ooit woonde.
Erg leuk verslag van Syros! Ik ben er enkele jaren geleden 3 nachten geweest (in Galissas) en had er nog lang niet alles gzien. Deze zomer ga ik 8 nachten, waarvan 3 in Kini en 5 in Galissas. Ik ga zeker de katten opzoeken in God’s Little People Cat Sanctuary en in het Cats Café. Ook je andere tips ga ik zeker opvolgen.
Hi Esther, leuk te horen. Heel veel plezier daar!