Gent is een van de meeste sfeervolle steden van Vlaanderen. En dus populair. Behalve prachtige historische gebouwen in het centrum is er gelukkig ook veel groen in en om de stad. Dus wil je tijdens je stedentrip Gent even weg uit de toeristische drukte, bezoek dan eens deze heerlijke rustpuntjes voor een verdiende dolce far niente.
Gent: Botanische tuin
De grootste groene long van Gent is het Citadelpark. Daarin ligt ook de Plantentuin Universiteit Gent. In het voorjaar is het in de hortus botanicus genieten van een haag van azalea’s in vele kleuren en van grote ‘gordijnen’ van blauwe en witte regen. De botanische tuin is een kleine drie voetbalvelden groot maar er staan wel een indrukwekkende 10.000 soorten planten, bomen en struiken. En er wordt gewerkt aan een leefbare toekomst. Zo zijn in één van de serres enkele onderzoeken te zien naar de invloed van planten op de gezondheid door bijvoorbeeld hun zuiverende of verkoelende werking. Een groene muur kan de temperatuur van een gebouw zo met tien graden of meer verlagen. De botanische tuin is gratis te bezoeken en iedere dag van de week geopend. Dit is lekker loom genieten van groen Gent.
Restaurant: plantaardig eten
Wandelen maakt hongerig. Gelukkig zit er een fantastisch lunchadres in de buurt, met een fijn ommuurd terras waar je in alle rust terug in de tijd gaat. Stadsmuseum STAM is ondergebracht in een 14de-eeuwse abdij, een 17de-eeuws klooster én nieuwbouw uit de 21ste eeuw. Bij het museum hoort het openbaar toegankelijke restaurant STAM-café. Kies wat je wilt van het lunchbuffet, bestel er bijvoorbeeld een van de huisgemaakte limonades bij en plof neer op het terras of in een strandstoel op het gras. Chillen maar.
Gentse Hofjes
Andere rustpuntjes in de stad zijn de begijnhofjes. Zoals begijnhof O.L.V. ter Hoyen aan de Lange Violettestraat. Vogeltjes fluiten, de menselijke stadsgeluiden zijn verdwenen. Dit is een historisch hoogtepunt als het om wonen gaat. Gentenaars hebben het over het Klein Begijnhof, ondanks de royale omvang met onder meer 90 huizen, een kerk, een kapel, een pastorie en een onderpastorie en zeven conventen (gemeenschapswoningen). Ondanks verschillende stedentrips Gent was ik hier nog nooit geweest. Blijkbaar een van de beste bewaarde (groene) geheimen van de stad. Wat een feestje: rust, fluitende vogels en prachtige oude huizen waar de begijnen woonden, fris rood geverfd. Het 750 jaar oude stadsbegijnhof zit middenin een grondige renovatie en restauratie, maar ziet er al grotendeels tiptop uit. Enkele gerenoveerde panden zijn te koop via een erfpachtconstructie. Je moet er over 66 jaar uit, maar hoe mooi om in UNESCO Werelderfgoed te wonen.
Op de fiets de stad uit
De omgeving van Gent barst ook van de groene pareltjes. Huur een fiets, al dan niet elektrisch, in het centrum van de stad en ga fietsend richting Sint-Amandsberg. Na ongeveer een kwartier bereik je Villa Emma. De Art Nouveau-villa is ook een B&B met twee gastenkamers. Maar als je er niet logeert, ga er dan heen voor de tuin. 2020 Was Van Eyck jaar in België. De plannen voor allerlei activiteiten in verband met het jubileum van de beroemde kunstschilder uit de renaissance lagen klaar. Maar ja, corona…
De planten van Het Lam Gods
De eigenaren van Villa Emma hadden het idee om alle 76 planten en bomen die afgebeeld staan op Van Eycks beroemde meesterwerk Het Lam Gods in hun tuin te planten. Tijdens een wandeling door de tuin kun je de QR-codes scannen en krijg je meer informatie over de plant en de locatie op het schilderij. Logeer je niet in de villa, dan kun je toch een gegidste wandeling boeken. Op de website staat alle informatie. Het schilderij kun je in het echt bewonderen in de Sint-Baafskathedraal in het centrum van Gent.
Lommerrijk Lochristi
Lochristi, ik had er nog nooit van gehoord. Maar deze kleine gemeente met zo’n 22.000 inwoners blijkt een grote rol te spelen in het leven van azalea-, camellia-, orchidee- en begonia-liefhebbers wereldwijd. Grote kans namelijk dat die planten bij jou thuis een linkje met dit stukje Vlaanderen hebben. En dus stap ik na een minuut of veertig fietsen af bij LoS, ofwel het Lochristi Sierteeltmuseum in Zaffelare-dorp.
Azalea’s in bloei
In de voormalige pastorie en de omliggende tuin kom je van alles te weten over het verleden en heden van deze fleurige industrie. Nooit geweten bijvoorbeeld dat de naam azalea afgeleid is van het Griekse azaleos wat ‘dor’ en ’droog’ betekent. Vandaar dat deze plant het zo goed doet in dit stukje van Vlaanderen; de grond is hier erg schraal. Het begon zo’n 160 jaar geleden met een man die rododendrons en azalea’s kweekte, nu zijn er zo’n 100 sierteeltbedrijven in Lochristi. Voor 3 euro bezoek je het museum, voor 3 euro extra krijg je er een rondleiding bij. Wil je alleen de tuin bewonderen, dan is dat gratis. Je mag er zelfs picknicken. Niets lekkers meegenomen? Er is ook een cafetaria.
Park van Beervelde
De laatste stop van mijn fietstocht blijkt ook het hoogtepunt: Park van Beervelde. Ooit stond er in dit park een kasteel. Die werd vele jaren geleden afgebroken, nadat de Duitsers er in WOII hadden huisgehouden. Op dezelfde plek verrees een nieuw fijn optrekje: het weelderige, witte landhuis dat er nu nog staat.
De huidige eigenaar, Graaf Renaud de Kerchove de Denterghem, erfde het landgoed van zijn (voor)ouders die het pareltje al sinds 1783 in bezit hadden. Hij leidt ons persoonlijk rond, onderweg uitleg gevend over alles wat er groeit en bloeit, maar ook niet te beroerd om gelijk wat dode takken uit de tuin te trekken.
Caleidoscopische tuinen
Verrast worden is tijdens een tuinwandeling is altijd plezant. En verrast word je keer op keer in het adellijke Beervelde. Loop via kleine zijpaadjes het struweel in en je staat opeens tussen kleurrijke azalea’s en rododendrons. Brugjes leiden naar boomrijke delen met varens en dan is er opeens een vijver met gakkende ganzen en een prachtig doorkijkje naar de familievilla. Kleur is overal, variërend van 50 tinten groen, gele, roze en paarse hagen, snoezige gele velden en priegelige blauwe bloemen. Ik ruik natuur, ik zie natuur en langzaamaan merk ik dat mijn hartslag trager gaat. Wat heerlijk ontspannend, een paar uurtjes in zo’n kleurrijke kasteeltuin.
Bezoek de tuin
Op de vraag op de tuin vrij toegankelijk is, antwoord de graaf droog dat hij bezoekers niet zal neerschieten. Dat is fijn om te weten… Maar liever ziet de familie dat bezoekers hun bezoek vooraf aankondigen, de website geeft aan hoe dat kan. En dat is natuurlijk geen probleem, als je vervolgens relaxed over het privédomein mag slenteren.
Ook leuk: twee keer per jaar, in het tweede weekend van mei en oktober, zijn er de Tuindagen. Dan staan er 240 kraampjes rond de villa, worden er planten en tuinbenodigdheden verkocht, kun je streekproducten proeven, is er muziek en zijn er speeltoestellen voor kinderen. Dus ben je begin mei of begin oktober in de buurt, check dan even de website voor de exacte data.
Vegan dineren op topniveau
Terug in Gent volgt nog een culinair hoogtepunt. Wow, wow, wow, wat een coole, culinaire avond biedt Epiphany’s Kitchen in het centrum van Gent. Het was zelfs zó goed dat ik voor het volgende stedentrip Gent gelijk gereserveerd heb voor weer een avond. De menukaart van Epiphany’s is plantaardig, op verzoek kun je bij het hoofdgerecht een niet plantaardig ingrediënt toevoegen. Totaal overbodig, de smaken zijn zo goed op elkaar afgestemd dat je bij de vegan opties niets mist.
A la carte eten kan, maar het zeer betaalbare degustatiemenu verzekert je van een onvergetelijke ervaring (lunch of diner). Mjammie, die Eryngii paddenstoel, of de artisjok met vegan basilicumricotta. En wat verfrissend de watermeloensalade met vegan feta, munt en zwarte olijven. Je krijgt vijf vaste voorgerechtjes en kiest je hoofdgerecht. Aanrader is de Green Envy pizza met yucabodem. Het is behoorlijk veel, maar krijg je het hoofdgerecht niet op, dan kun je het restant meenemen. Doen!
Floraliën 2026
Eens in de vier jaar trekken tienduizenden mensen in de eerste week van mei richting het Citadelpark, op een paar minuten loopafstand van treinstation Gent Sint-Pieters. Want daar in het ICC Gent wordt eens in de vier jaar het evenement de Floraliën georganiseerd. Tijdens die Floraliën tonen telers hun mooiste planten en bloemen op creatieve wijze. Dat ICC is trouwens een ontwerp van de Gentse architect Bontinck uit de jaren ’70 van de vorige eeuw. Het in 1975 hypermoderne gebouw in brutalisme-stijl wordt nu gedateerd gevonden en krijg daarom een grondige make over die beter bij het gebruik en de omgeving past. Die omgeving is fantastisch. Het ICC ligt namelijk in het Citadelpark, het grootste park in de stad en daarmee één van de groene longen van Gent. In 1931 was deze plek het toneel van de wereldtentoonstelling. Nu slenter je er langs een metalen muziekkiosk van stadsarchitect Charles Van Rysselberghe en een grot met waterval.
Stedentrip Gent? Pak de trein!
Plannen voor een stedentrip Gent? De trein is het ideale vervoermiddel. Je bent er snel en als je ongeveer een week of langer van tevoren boekt, is de ticketprijs aangenaam betaalbaar. En het scheelt veel parkeerkosten. Bovendien kun je je vast lekker inlezen en bepalen wat je perse wilt zien en doen tijdens je weekendje weg.
Meer Gent
Meer Gent? Verken de binnenstad en maak een vaartochtje.