Een vakantie op Kreta heb ik lang gemeden omdat ik dacht dat het zo’n typische (te) drukke toeristenbestemming was. Er zijn inderdaad drukke delen maar het eiland is zo groot dat het ook heel eenvoudig is stilte te vinden. Ik stippelde een autoroute langs de mooiste bezienswaardigheden van West-Kreta uit. En ik ontdekte dat in voor- en naseizoen zelfs mooie plaatsjes als Chaniá en Réthymnon (ook wel Réthimnon) heerlijk relaxt zijn.
Chania: vertier aan Venetiaanse havens
Er staan twee stadjes op mijn bucketlist, Chaniá en Réthymnon. Eerst maar naar Chaniá dan, een stad vol bezienswaardigheden. Echt om verliefd op te worden. In het oude deel staan Venetiaanse paleizen langs smalle, geplaveide straatjes. Oude mannen op gammele stoeltjes drinken koffie voor hun favoriete kafeníon, de bar. En steeds weer zie je in de verte de Lefka Ori bergen met tot in de zomer besneeuwde pieken. Dé trekpleister voor mij is de haven. Water is altijd fijn en hier is het kristalheldere water ook nog omzoomd met een boulevard en pastelkleurige huizen. Dit is de plek voor een ontbijtje. Enkele Kretenzer katten kijken op een afstandje toe.
Vakantie Kreta: per huurauto naar het binnenland
Het binnenland van Kreta is bergachtig, zag ik vanuit Chania. Op de Ida Psiloritis, met 2456 meter de hoogste bergtop van Kreta, kun je in de wintermaanden zelfs skiën. Een huurauto is onmisbaar als je het binnenland van Kreta wil ontdekken. En dat wil ik. Eindpunt is Palaiochóra. Verder laat ik me leiden door wat ik tegenkom en neem ik iedere afslag die me leuk lijkt.
Ik zie in de bergenwanden natuurlijke grotten die door Kretenzers soms wat verder uitgediept. Zo onstaan koele plekken waar de lokale geitenkaas, een soort Griekse gruyère, rijpt. Soms moet ik in de remmen, de weg is er niet alleen voor mensen maar ook voor grote kuddes schapen en geiten die er hun gemak van nemen. Nog mazzel dat ze een bel om hebben: je hoort ze van verre aankomen. Het heeft wel wat, zo’n autoroute vol verrassingen.
Kreta: citrusgeuren en olijfbomen
In de lente vormt de gele brem een prachtige erehaag langs de wegen. Door de openstaande ramen waaiert de frisse geur van citrusfruit naar binnen. Het binnenland staat vol met deze fruitbomen én met grillige olijfbomen die hellingen grijsgroen kleuren. Eeuwenlang werd de olie vrijwel exclusief gebruikt om zeep van te maken. Nu verdwijnt een aanzienlijk deel in gerechten maar ook wordt nog zeep gemaakt, vaak direct bij de producent te koop.
Verse chorta in het wild
Geregeld zie ik in de berm mensen met een mes. Ze plukken chorta, een zeer gezonde groente die in ongeveer 70 varianten groeit op het eiland. Bij ieder Kretenzer gezin staan de iets bittere groente geregeld op het menu, even geblancheerd en op smaak gebracht met olijfolie, citroensap en wat zout. Afhankelijk van het seizoen plukken de eilandbewoners ook kruiden, onder meer voor de verrukkelijke bergthee die je overal kunt bestellen. De samenstelling hangt af van het moment en van wat toevallig voorradig is.
Binnenland Kreta: overal minikerkjes
Rijdend richting het klooster Moni Chrysoskalitissas zie ik steeds kleine witte kerkjes langs de kant van de weg. Het zijn familiekerkjes, een overblijfsel uit de periode van de Turkse overheersing. De Kretenzers verzetten zich hevig en op een gegeven moment gaf een van de heersende Pasja’s het geloof vrij: alles wat aan de kerk behoorde was veilig. Waarop de Kretenzers en masse hun land aan de kerk doneerden en een gebedshuisje op hun lapje grond bouwden. De Grieks Orthodoxe kerk is nog altijd de grootste grootgrondbezitter van Griekenland.
De wonderen van Moni Chrysoskalitissas
Moni Chrysoskalitissas is een bescheiden klooster met enkele mooie iconen. Alleen al daarom een van de bezienswaardigheden van Kreta die je niet wilt missen. Er zijn volop wonderlijke verhalen te vertellen. Bijvoorbeeld dat een van de iconen in een grot gevonden werd door een herder omdat er licht uit de grot kwam. Of dat buurbewoners eigenlijk een kerk op zeeniveau wilden bouwen. Maar op een ochtend lagen alle bouwmaterialen zomaar boven op een heuvel: de huidige locatie van het klooster. Dat bouwen gebeurde in een recordtempo: in slechts drie maanden was het klaar. Nog een laatste wonder: toen bouwers op een gegeven moment niets meer te drinken hadden, spoelde een vat wijn aan. Het was wijn van topkwaliteit.
Het populaire strand Elafonisi
Enkele kilometers verderop ligt Elafonisi, een van de bekendste zandstranden van Kreta. Het ligt wat afgelegen maar is zomers erg druk. Op een bewolkte dag in het voorjaar trouwens niet, maar juist die desolate leegte spreekt me aan.
Vanaf Elafonisi is het niet zo ver meer naar Palaiochóra, het belangrijkste toeristische stadje aan de overwegend ruige zuidkust. In de haven liggen ook hier kleurrijke vissersboten, de netten in bergjes op de kade. Nu het stadje toeristischer geworden is, is er een ruime keuze aan restaurantjes. Bij een ervan bestel ik vis, natuurlijk. Een Griekse salade erbij en dan even genieten.
Kreta bezienswaardigheden: de Samariákloof
Mijn laatste stop voor ik terug ga naar de noordkust is Omalos, het beginpunt van de beroemde wandeling door de Samariákloof. Misschien wel het mooiste deel van Kreta. De wandeling door de 18 kilometer lange kloof is alleen van mei tot oktober geopend. In de overige maanden is het lieflijke riviertje dat je in de zomer ziet uitgegroeid tot een wild kolkende rivier. Dus helaas, ik kan de kloof niet in. Maar reiscollega Diana trok wel de wandelschoenen aan en bedwong de prachtige Samariákloof. Het was een pittige tocht! Voor mij gaat deze wandeling op mijn verlanglijst voor een volgende vakantie naar Kreta.
Vakantie Kreta: de winkels van Réthymnon
Mijn laatste van de toeristische highlights is Réthymnon. Net als Chaniá is dit een relaxte, overzichtelijke stad vol bezienswaardigheden en hotspots. Een goede plek voor een uurtje of wat winkelen. Struin de boetiekjes af voor handgemaakte sierraden en fleurige zomeroutfits of culinaire cadeautjes. Raki zie ik overal, vaak in prachtige flesjes. Om raki te maken heb je trouwens een vergunning nodig die via een erfenis verkregen wordt. De oudste zoon krijgt de vergunning als hij 18 jaar wordt. Raki wordt in een rakokazana gemaakt. Boeren brengen druivenschillen naar de man met een vergunning die vervolgens de raki voor ze maakt. De boer krijgt 80% van de raki, de brouwer 20%. Dit gaat standaard gepaard met een groot feest.
Familie-restaurant in Rethymnon
Natuurlijk eindigt iedere dag op Kreta met eten. Taverne Knossos bij de oude Venetiaanse haven van Rethymnon (ook wel Réthimnon) is al bijna 60 jaar in de familie. De tafel staat snel vol met de lekkerste mezze. Er is een Griekse salade, octopus, tzatziki, calamares, visjes, sardientjes, taramasalade (viskuitsalade). Ik bestel er een karafje eenvoudige witte huiswijn bij en geniet van het uitzicht op de haven. De gesprekken van een groepje Griekse mannen vormen de perfecte ‘achtergrondmuziek’. Dit is een superlocatie met ongelooflijk vriendelijke eigenaren. Ze proberen je, in tegenstelling tot veel andere restaurant-mederwerkers, niet naar binnen proberen te lokken. Hier begrijp je waarom ‘even iets eten’ zomaar drie uur kan duren. En daarna kun je heerlijk luieren op het stadsstrand van Rethymnon.
Ook op vakantie naar Kreta?
Ben je ook zo verslaafd aan Grieks eten? Het is gezond dankzij de vele verse groenten en zo lekker zomers. Ik volgde een kookles bij Koula in het dorpje Vamos. Een aanrader tijdens je vakantie op Kreta.
Delen? Leuk. Kies hieronder je favoriete social media kanaal